Opgelet: wij ontvangen u voortaan alleen op afspraak in al onze kantoren

EUDR - Ontbossing

Regelgeving

De EU Deforestation Regulation (EUDR - de Europese Verordening 2023/1115 inzake ontbossing) maakt deel uit van de Green Deal van de Europese Commissie. Ze heeft tot doel dat de EU-consumptie niet bijdraagt aan de wereldwijde ontbossing en bosdegradatie, veroorzaakt door de uitbreiding van de landbouw voor bepaalde basisproducten. 
 
De EUDR heeft een veel bredere juridische dekking dan de vorige Houtverordening (EUTR - Verordening 995/2010) waarop ze is gebaseerd. De grondstoffen die onder deze nieuwe regelgeving vallen zijn hout, rubber, runderen, cacao, koffie, oliepalm en soja. 
Er is geen enkel land of product verboden, maar:
  • de productie,
  • de invoer (enkel douaneregime ‘in het vrije verkeer brengen’) en
  • de uitvoer (enkel douaneregime ‘uitvoer’)
van producten die onder de EUDR vallen, zijn verboden als ze:
  • afkomstig zijn van ontboste gebieden
  • of in het geval van hout, als ze bijgedragen hebben aan de degradatie van bossen

na 31 december 2020. 

Wat moeten marktdeelnemers en handelaars doen? 

Marktdeelnemers (ongeacht of het een rechtspersoon is of een natuurlijk persoon die een commerciële activiteit uitvoert) en handelaars moeten met gepaste zorgvuldigheid aantonen dat hun toeleveringsketens niet bijdragen aan de vernietiging of aantasting van bossen en dat hun producten voldoen aan de wetgeving die van kracht is in het land van productie. 
 
Nadat marktdeelnemers hebben vastgesteld dat er geen of slechts een verwaarloosbaar risico op ontbossing en/of illegale productie is, dienen ze een EUDR- zorgvuldigheidsverklaring (Due Diligence Statement) in via een informatiesysteem.
Het systeem centraliseert alle verklaringen en kent telkens een uniek referentienummer (DDS-nummer) toe. Dit systeem wordt momenteel ontwikkeld door de Europese Commissie. Het DDS-nummer moet op de douaneaangifte worden vermeld.
 

Wanneer treedt deze regelgeving in werking?

De EUDR-verordening is al in werking, behalve voor de punten die betrekking hebben op de douane. Zij treden pas op 30 december 2024 in werking. Voor micro- of kleine bedrijven treden de regels in werking op 30 juni 2025 (behalve voor houtproducten, opgenomen in de bijlage van verordening 995/2010 (EUTR-verordening), waarvoor de datum van 30 december 2024 ook geldt).
Belangrijk: Op 2 oktober 2024 heeft de Europese Commissie voorgesteld om de datum van toepassing van de EUDR-verordening met een jaar uit te stellen. Dit uitstel moet nog bevestigd worden door de Europese Raad en het Europese Parlement.
 

Welke rol speelt de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen (AAD&A) bij de EUDR-controles?

De AAD&A is niet de bevoegde autoriteit voor de EUDR, maar speelt toch een cruciale rol in de controles door samen te werken met de bevoegde EUDR-autoriteit, namelijk de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.  

De AAD&A zal toezicht houden op de verplichting van de marktdeelnemer om het referentienummer van de zorgvuldigheidsverklaring (DDS-nummer) mee te delen in de douaneaangifte van een EUDR-product dat op de markt komt (enkel de douaneregeling van ’in het vrije verkeer brengen’) of het verlaten van de markt (enkel de douaneregeling ‘uitvoer’).
 
Als het DDS-nummer ontbreekt of onjuist is, kan de AAD&A de vrijgave opschorten (de zending blokkeren) en contact opnemen met de bevoegde EUDR-autoriteit, die verder onderzoek kan voeren.
 
Andere controles zullen worden uitgevoerd op basis van risicocriteria, die door de bevoegde EUDR-autoriteit worden meegedeeld.
 
De EUDR-verordening heeft echter geen gevolgen voor douanecontroles die worden uitgevoerd in het kader van FLEGT-maatregelen (Forest Law Enforcement Governance and Trade) en CITES-maatregelen (Convention on International Trade of Endangered Species). Het voorleggen van de noodzakelijke CITES- of FLEGT-vergunningen of certificaten staat los van de verplichting om een geldig EUDR DDS-nummer op de douaneaangifte te vermelden. Het DDS-nummer vervangt een FLEGT of CITES-vergunning niet, en omgekeerd.
 

Wie is bevoegd om een inbreuk te bepalen?

Alleen de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu kan bepalen of er sprake is van een EUDR-inbreuk en of een TARIC-code al dan niet misbruikt is (zie details over deze codes in de praktische gids voor marktdeelnemers).
 
De AAD&A zal de goederen niet vrijgeven als de bevoegde autoriteit besluit dat het noodzakelijk is de vrijgave van de goederen op te schorten. Zo kan de AAD&A indien noodzakelijk ook het in het vrije verkeer brengen en de uitvoer van de goederen weigeren. 
 

Meer informatie?