Opgelet: wij ontvangen u voortaan alleen op afspraak in al onze kantoren

Datums van inwerkingtreding van de verschillende gegevenssets en gevolgen voor de toelichting van het Enig document

De inwerkingtreding van de in bijlage B van de DWU DA vastgestelde gemeenschappelijke gegevensvereisten heeft uiteraard gevolgen voor de toelichtingen A t/m I die opgenomen zijn op de website van het Enig document. Deze gevolgen worden hieronder uiteengezet, waarbij tevens wordt vermeld door welke gegevenssets van de bijlage B deze toelichtingen zullen vervangen worden, met inbegrip van de vooropgestelde datums van inwerkingtreding van deze gegevenssets. Aan de gegevenssets G3 t/m G5 wordt afzonderlijk aandacht besteed want voor deze gegevenssets bestaan geen overeenkomstige toelichtingen van het Enig document.

Toelichtingen A  en C t/m E van het Enig document

Deze toelichtingen betreffen:

  • uitvoer/verzending (toelichting A);
  • wederuitvoer na plaatsing onder een bijzondere regeling, met uitzondering van de regeling douane-entrepot (actieve veredeling, tijdelijke invoer) (toelichting C);
  • wederuitvoer na opslag in douane-entrepot (toelichting D);
  • passieve veredeling (toelichting E).

De toelichtingen A  en C t/m E van het Enig document blijven van toepassing tot er een upgrade van het huidige nationale uitvoersysteem heeft plaatsgevonden. De bepalingen van de gegevenssets B1 t/m B4, C1 en C2 van de bijlage B van de DWU DA kunnen pas in werking treden vanaf de uitrol van het geüpgradede nationale uitvoersysteem.

De upgrade van het nationale uitvoersysteem wordt beschouwd als de tweede component van AES (Automated Export System) dat PLDA bij uitvoer zal vervangen. Als datum voor de implementatie van AES in België voor wat de uitvoerformaliteiten betreft, heeft de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement 30 augustus 2024 vooropgesteld.  In overeenstemming met de Europese modaliteiten voor het Business Continuity Plan, is er een overgangsperiode voorzien waarbinnen de marktdeelnemers moeten overstappen naar AES. Deze overgangsperiode loopt definitief af op 17 november 2024.

Dit wil zeggen dat de bepalingen van de toelichtingen A en C t/m E van het Enig document in principe gebruikt mogen worden t/m 17 november 2024. Vanaf 18 november 2024 moeten de bepalingen van de gegevenssets B1 t/m B4, C1 en C2 van de bijlage B van de DWU DA gebruikt worden op Belgische douaneaangiften en kennisgevingen maar het is reeds mogelijk om deze gegevenssets vanaf 30 augustus 2024 te gebruiken.

De aangiften van type Z zijn nog niet voorzien in AES.

Voor de implementatie van AES in België voor wat de uitgangsformaliteiten betreft, heeft de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement een uitroltermijn vastgelegd die loopt van 2 mei 2025 t/m 30 juni 2025. Vanaf 30 juni 2025 zullen de bepalingen van de gegevenssets A1 en A2 van de bijlage B van de DWU DA gebruikt worden op Belgische summiere aangiften bij uitgang (EXS) maar het zal reeds mogelijk zijn om deze gegevenssets vanaf 2 mei 2025 te gebruiken.

Toelichting F van het Enig document

Deze toelichting betreft douanevervoer.

De toelichting F van het Enig document blijft van toepassing tot de einddatum van de uitroltermijn voor NCTS fase 5. De bepalingen van de gegevenssets D1, D2 en D4 van de bijlage B van de DWU DA kunnen pas in werking treden vanaf de uitrol van NCTS fase 5.

Op nationaal vlak is de overschakeling door de AADA van NCTS fase 4 naar NCTS fase 5 voorzien voor 21 januari 2025. Dit wil zeggen dat de bepalingen van de toelichting F van het Enig document gebruikt mogen worden t/m 20 januari 2025. Vanaf 21 januari 2025 zullen voor de aangifte voor douanevervoer de bepalingen van de gegevensset D1 van de bijlage B van de DWU DA gebruikt worden op Belgische douaneaangiften.

De bepalingen van de gegevensset D2 betreffende de aangifte voor douanevervoer met beperkte gegevensset (voor vervoer per spoor, door de lucht en over zee) zullen nog niet gebruikt kunnen worden in de Europese Unie wegens het ontbreken van de vereiste wettelijke bepalingen.

I.v.m. de in artikel 233, lid 4 e) van het DWU voorziene vereenvoudiging betreffende het gebruik van een elektronisch vervoersdocument (ETD) als douaneaangifte om goederen onder de regeling douanevervoer te plaatsen, zijn de vereiste gegevens sinds de invoering van deze vereenvoudiging in 2018 beschreven in de gegevensset D3 van de bijlage B van de DWU DA.

De uitrol van de bepalingen van de gegevensset D4 betreffende de kennisgeving van aanbrengen met betrekking tot de vooraf ingediende aangifte voor douanevervoer is voorzien in een latere update van NCTS fase 5 op een datum die zal bepaald worden door de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement.

Toelichting G van het Enig document

Deze toelichting betreft de douanestatus van Uniegoederen.

De toelichting G van het Enig document was van toepassing tot de einddatum van de uitroltermijn voor fase 1 van het DWU-project ‘Bewijs van Uniestatus (PoUS)’, vastgesteld op 16 september 2024. Vanaf die datum zijn de bepalingen van de gegevensset E1 van de bijlage B van de DWU DA betreffende het bewijs van de douanestatus van Uniegoederen (T2L/T2LF) in werking getreden in België.

De toelichting G van het Enig document mag dus niet meer gebruikt worden.

De gegevensset E2 van de bijlage B van de DWU DA betreffende het douanemanifest van de goederen zal van toepassing zijn vanaf de datum van inwerkingtreding van fase 2 van de uitrol van het PoUS-systeem. Deze fase 2 is in België momenteel gepland voor 15 augustus 2025 (onder voorbehoud van wijzigingen die de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement nog aan die datum kan aanbrengen).

Toelichtingen H t/m J van het Enig document

Deze toelichtingen betreffen:

  • in het vrije verkeer brengen (toelichting H);
  • plaatsing onder de regeling actieve veredeling of tijdelijke invoer (toelichting I);
  • opslag in douane-entrepot (toelichting J).

De toelichtingen H t/m J van het Enig document blijven van toepassing tot er een upgrade van het huidige nationale invoersysteem heeft plaatsgevonden. Vanaf de uitrol van het geüpgradede nationale invoersysteem treden de bepalingen van de gegevenssets H1 t/m H6, I1 en I2 van de bijlage B van de DWU DA in werking.

In België komt de upgrade van het nationale invoersysteem tot stand d.m.v. de implementatie van IDMS (Import Declaration Management System) dat PLDA bij invoer zal vervangen. Voor de implementatie van IDMS heeft de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement een uitroltermijn vastgelegd die loopt van 23 oktober 2024 t/m 5 februari 2025.

Dit wil zeggen dat de bepalingen van de toelichtingen H t/m J van het Enig document gebruikt mogen worden t/m 5 februari 2025. Vanaf 6 februari 2025 zullen bij invoer de bepalingen van de gegevenssets H1 t/m H6, I1 en I2 van de bijlage B van de DWU DA gebruikt worden op Belgische douaneaangiften en kennisgevingen maar het zal reeds mogelijk zijn om deze gegevenssets vanaf 23 oktober 2024 te gebruiken, met uitzondering van de gegevensset H2 die pas vanaf een latere (door de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement te bepalen) datum gebruikt zal kunnen worden.

E-globalisatie en het indienen van een samenvattende aanvullende aangifte voor vereenvoudigde aangiften (aangifte type U) en in het kader van EIDR (aangifte type V) zullen pas mogelijk zijn in IDMS vanaf een datum die nog bepaald moet worden door de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement.

Aangezien zowel de applicatie ‘e-globalisatie’ als de kennisgeving van aanbrengen in geval van EIDR niet voorzien zullen worden op de datum van inwerkingtreding van IDMS, is in IDMS vanaf deze datum enkel EIDR met vrijstelling van kennisgeving van aanbrengen en zonder globalisatie mogelijk.

IDMS wordt reeds sinds 1 juli 2021 gebruikt voor de verwerking van douaneaangiften ingediend overeenkomstig de bepalingen van de gegevensset H7 (douaneaangiften voor het in het vrije verkeer brengen voor een zending waarvoor vrijstelling van invoerrechten is verleend overeenkomstig artikel 23, lid 1, of artikel 25, lid 1, van Verordening (EG) nr. 1186/2009). De douaneaangiften met gegevensset H7 vallen echter buiten het toepassingsveld van de werkelijke upgrade van het nationale invoersysteem.

Gegevenssets A3 en G3 t/m G5

Deze gegevenssets hebben betrekking op:

  • de kennisgeving van wederuitvoer (A3);
  • de kennisgeving van aanbrengen (G3);
  • de aangifte voor tijdelijke opslag (G4) en
  • de kennisgeving van aankomst in geval van overbrenging van goederen in het kader van tijdelijke opslag (G5).

In België zullen deze gegevenssets in werking treden d.m.v. de implementatie van het systeem PN-TS (Presentation Notification / Temporary Storage). Voor de implementatie van PN-TS heeft de Dienst Automatisering van het Departement Informatiemanagement de volgende datums vooropgesteld (onder voorbehoud van wijzigingen die deze dienst nog aan deze datums kan aanbrengen):

  • 31 december 2025 als einde van de uitroltermijn voor de kennisgeving van aanbrengen voor luchtvervoer, vervoer per spoor en wegvervoer;
  • maart 2025 voor de kennisgeving van aanbrengen voor zeevervoer (RORO en ferry) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste maart 2025 voor de kennisgeving van aanbrengen voor zeevervoer (break bulk) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste april 2025 voor de kennisgeving van aanbrengen voor zeevervoer (container) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste mei 2025 voor de kennisgeving van aanbrengen voor zeevervoer (bulk) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • maart 2025 voor de aangifte voor tijdelijke opslag voor luchtvervoer (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste 1 april 2025 voor de aangifte voor tijdelijke opslag voor vervoer per spoor en wegvervoer (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • maart 2025 voor de aangifte voor tijdelijke opslag voor zeevervoer (RORO en ferry) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste maart 2025 voor de aangifte voor tijdelijke opslag voor zeevervoer (break bulk) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste april 2025 voor de aangifte voor tijdelijke opslag voor zeevervoer (container) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • ten vroegste mei 2025 voor de aangifte voor tijdelijke opslag voor zeevervoer (bulk) (maar een eigenlijke verplichting voor de marktdeelnemers zal er pas zijn vanaf 31 december 2025);
  • 31 december 2025 als einde van de uitroltermijn voor de kennisgeving van wederuitvoer (B2B).