Opgelet: wij ontvangen u voortaan alleen op afspraak in al onze kantoren

Bezwaar

Als u niet akkoord gaat met het aanslagbiljet, heeft u verschillende mogelijkheden:

  • Een rechtzetting vragen aan de bevoegde belastingkantoor
  • Een bezwaarschrift indienen
  • Een ontheffing van ambtswege indienen (terugbetaling van de belasting, overschotten van voorheffingen of voorafbetalingen)

Bezwaar

  • Hoe en wanneer kan ik een rechtzetting vragen bij de belastingkantoor?

    Als het aanslagbiljet van de onderneming een eenvoudige fout bevat (bijvoorbeeld: materiële vergissing, dubbele belasting …), neemt u best onmiddellijk contact op met uw belastingkantoor. U vindt de gegevens van de dienst op uw aanslagbiljet.

    De belastingkantoor zal het nodige doen om de vergissing zo snel mogelijk recht te zetten. Als dat om een of andere reden niet mogelijk blijkt, zal de belastingkantoor u meedelen waarom hij geen gevolg kan geven aan uw aanvraag en u aanraden een bezwaarschrift in naam van de onderneming in te dienen.

  • Wanneer en hoe een dien ik een bezwaarschrift in?

    Een bezwaarschrift indienen via MyMinfin

    U kunt een bezwaarschrift indienen binnen 1 jaar na het versturen van het aanslagbiljet:

    • op papier: te rekenen vanaf de derde werkdag die volgt op de datum van verzending
    • alleen elektronisch: te rekenen vanaf de dag dat het ter beschikking is gesteld via eBox en MyMinfin

    In een beperkt aantal gevallen kunt u nog een rechtzetting van ambtswege van uw aanslag vragen. Die aanvraag moet u doen binnen de 5 jaar en verloopt ook bij voorkeur via MyMinfin.

    U kunt uw bezwaarschrift of verzoek tot ontheffing van ambtswege ook per brief naar de FOD Financiën sturen. Meer informatie vindt u op uw aanslagbiljet.

  • Wanneer en hoe vraag ik een ontheffing van ambtswege?

    Een verzoek tot ontheffing van ambtswege indienen via MyMinfin

    De administratie kan alleen een ontheffing van ambtswege (terugbetaling van de belasting, …) toestaan in de volgende gevallen:

    • overbelastingen die voortvloeien uit materiële vergissingen, dubbele belasting of voldoende nieuwe bescheiden of feiten waarvan de laattijdige aangifte gerechtvaardigd is (geval van overmacht…)
    • een overschot aan voorheffingen of voorafbetalingen dat niet werd verrekend
    • bepaalde verminderingen waarop uw onderneming recht heeft en die u niet werden toegekend

    De termijn voor het indienen van een verzoek om ontheffing van ambtswege is langer dan die voor een bezwaarschrift. U beschikt over 5 jaar:

    • te rekenen vanaf 1 januari van het jaar waarin de belasting werd gevestigd, in het geval van overbelastingen die voortvloeien uit materiële vergissingen, dubbele belasting of voldoende nieuwe bescheiden of feiten
    • te rekenen vanaf 1 januari van het aanslagjaar van de belasting waarop de voorheffingen, voorafbetalingen of verminderingen betrekking hebben

    Omdat een verzoek om ontheffing van ambtswege alleen aanvaardbaar is in de hierboven genoemde gevallen, is het zeker nuttig om altijd een bezwaarschrift in te dienen.

    U kunt uw bezwaarschrift of verzoek tot ontheffing van ambtswege ook per brief naar de FOD Financiën sturen. Meer informatie vindt u op uw aanslagbiljet.

  • Wat moet u betalen in afwachting van de eindbeslissing?

    De onderneming moet in eerste instantie alleen het bedrag betalen dat overeenstemt met ofwel:

    • De belasting verschuldigd op de inkomsten die ze heeft aangegeven of die verhoogd zijn door de administratie (na een bericht van wijziging of een kennisgeving van aanslag van ambtswege), waarvoor u zich akkoord heeft verklaard.
    • De belasting gevestigd in haar naam voor een voorgaand aanslagjaar en die definitief geworden is door gebrek aan tegenwerping, als ze ambtshalve vastgesteld is wegens niet indiening van een aangifte.

    De ambtenaar die het bezwaar behandelt, zal het onmiddellijk verschuldigde bedrag berekenen en uw onderneming zo snel mogelijk op de hoogte brengen.

    Als uw onderneming dit bedrag (“het onbetwist verschuldigde bedrag” genoemd) niet betaalt, dan kan de ontvanger een vervolging instellen, en alle maatregelen nemen die nodig zijn om de invordering te verzekeren.

    Als de onderneming niet in staat is om het onbetwist verschuldigde bedrag te betalen kan ze aan de gewestelijk directeur invordering vragen af te zien van de invordering van dat bedrag (geheel of gedeeltelijk) voor zover ze kan aantonen in specifieke omstandigheden verkeren die de betaling onmogelijk maken.

    Als daarentegen, de onderneming niet akkoord gaat met het onbetwist verschuldigde bedrag, moet ze een vordering indienen voor de bevoegde rechtbank van eerste aanleg (die bepaald wordt op basis van de locatie van het ontvangkantoor).