Beroepsinkomen
Wat is een beroepsinkomen?
Een beroepsinkomen, bedoeld in deel 1, kan bestaan uit gewone bezoldigingen (loon, vergoeding voor uw woon-werkverkeer, voordelen alle aard …), vervangingsinkomsten (brugpensioenen, werkloosheidsuitkeringen, ziekte- en invaliditeitsuitkeringen…) en/of pensioenen.
Hoe weet ik welke beroepsinkomsten ik moet aangeven?
Uw werkgever of de organisatie die het vervangingsinkomen uitbetaalt, zullen u tussen begin februari en eind april van het jaar na het jaar waarin u het inkomen heeft gekregen, een fiche bezorgen met de inkomsten die u moet aangeven.
Hoe geef ik een beroepsinkomen aan in de belastingaangifte?
Bezoldigingen en vervangingsinkomsten vermeldt u in vak IV van uw belastingaangifte en pensioenen in vak V van de aangifte. Daarvoor neemt u de bedragen die op uw fiscale fiches staan over bij dezelfde codes op uw aangifte.
Als u Tax-on-Web gebruikt, zullen uw inkomsten al vooraf ingevuld zijn. Uw werkgever heeft uw loonfiches immers ook op elektronische manier aan de administratie bezorgd.
Welke kosten kan ik aftrekken van mijn beroepsinkomen?
De gewone bezoldigingen worden verminderd met de beroepskosten. Daarvoor heeft u twee mogelijkheden: de forfaitaire kosten of de werkelijke kosten.
Forfaitaire kosten
Als u in uw aangifte geen kosten vermeldt, geniet u automatisch de forfaitaire kosten.
- Voor werknemers worden de forfaitaire kosten berekend door een percentage van 30% toe te passen op het volledige beroepsinkomen en dat met een maximum van 5.520 euro (aanslagjaar 2024, inkomsten 2023). (Aanslagjaar 2025, inkomsten 2024: 5.750 euro).
- Voor bedrijfsleiders worden de forfaitaire kosten berekend door een percentage van 3% toe te passen op het volledige beroepsinkomen en dat met een maximum van 2.910 euro (aanslagjaar 2024, inkomsten 2023). (Aanslagjaar 2025, inkomsten 2024: 3.030 euro).
- Voor de bezoldigingen van de meewerkende echtgenoot worden forfaitaire kosten toegekend ten bedrage van 5%, met een maximum van 4.850 euro (aanslagjaar 2024, inkomsten 2023). (Aanslagjaar 2025, inkomsten 2024: 5.050 euro).
Werkelijke kosten
Als de effectieve kosten die u heeft gedaan hoger zijn dan de forfaitaire kosten, kunt u opteren voor de aftrek van uw werkelijke kosten. U moet dan wel bewijzen dat u die kosten werkelijk gedaan heeft en dat u ze ook zelf betaald heeft. De werkelijke beroepskosten met betrekking tot uw gewone bezoldigingen moet u vermelden in de daarvoor voorzien rubriek in vak IV van de aangifte in de personenbelasting.
Vermeld dan alle kosten die u gedaan heeft om uw beroepsinkomen te kunnen krijgen:
Bijvoorbeeld:
- kosten voor de verplaatsing van uw woonplaats naar uw werkplaats
- kosten voor de inrichting van een bureau in uw woning
- kosten voor pc, telefoon en internet die u gebruikt voor uw beroep
- kosten voor de aankoop van beroepsliteratuur
- …
Opgelet!
Als u een vergoeding voor transportkosten krijgt van uw werkgever dan moet u die aangeven in uw aangifte in code 1254/2254. De vergoeding voor openbaar vervoer is helemaal vrijgesteld van belastingen. De vergoeding voor andere vervoermiddelen is vrijgesteld tot 470 euro voor aanslagjaar 2024, inkomsten 2023. (Aanslagjaar 2025, inkomsten 2024: 490 euro).
Als u uw werkelijke kosten bewijst, zijn die vergoedingen niet meer vrijgesteld. Ze worden dan samen met uw inkomen belast.
Om te weten wat voor u de beste optie is, kunt u een simulatie maken in Tax-on-Web of TaxCalc.
Hoe wordt een voordeel dat ik van mijn werkgever krijg belast (auto, gsm, laptop …)?
Als u van uw werkgever, naast uw loon, een gratis voordeel of een voordeel tegen een lagere prijs krijgt, moet u in de meeste gevallen belasting betalen op de waarde van dat voordeel.